woensdag 16 juli 2014

Valkenburg in de 19e eeuw - 1

De eerste Valkenburgse Van der Nagel, Cornelis, had voor hij in 1795 stierf nog juist meegemaakt hoe de Fransen het land binnentrokken , stadhouder Willen V naar Engeland vluchtte en de Bataafse republiek werd uitgeroepen.
Waarschijnlijk werden de Fransen in Valkenburg ook wel als bevrijders gezien en misschien hebben ze ook wel om de vrijheidsboom gedanst. 
Die vreugde en verwachting op een betere toekomst zal echter wel snel weggeëbd zijn, want in het hele land ontstond een enorme werkloosheid en een ontstellende armoede die een schaduw wierp over de met zoveel enthousiasme geplante vrijheidsboom. 
Voor de kosten van de ‘bevrijding’ moesten  honderd miljoen worden betaald.  
 Door de voortdurende oorlog met Engeland lag de visserij stil, wat in de buurgemeente Katwijk tot bittere armoede leidde. Het laat zich gemakkelijk raden, dat het in Valkenburg niet veel beter was.
Het verbond met Frankrijk zorgde voor een tanende handel en explosief stijgende kosten voor levensonderhoud. 

Met nog meer geestdrift dan bij hun komst werd  dan ook in 1813 het vertrek  – van de Fransen gevierd.
 Enkele dagen na zijn terugkeer – 30 november 1813 – wordt erfprins Willem Frederik Soeverein Vorst der Nederlanden.
De beide Katwijken en Valkenburg kunnen al spoedig blijk geven van hun liefde voor de Oranjes. De Russische keizer brengt namelijk een bezoek aan Nederland en samen met die nieuwe vorst en zijn beide zonen  komt hij op 2 juli 1814 ook door Valkenburg en Katwijk  op weg naar Haarlem en Amsterdam.  In Katwijk worden de nieuwe sluizen bezichtigd.


Zo'n krantenbericht over erepoorten, vlaggende dorpen en versierde huizen wekt gemakkelijk de indruk, dat de mensen gelukkig waren. Ongetwijfeld, voor dat moment. Zodra de vorstelijke personen vertrokken waren, zal de rauwe realiteit van alle dag weer op hen gevallen zijn.
De negentiende eeuw is een periode van bittere armoe voor het overgrote deel van de Valkenburgse bevolking.  Armoede en ziekte gaan hand in hand. De kindersterfte is groot.
In 1826 wordt ook Valkenburg zwaar getroffen door malaria en tyfus.



  In 1832 is het de cholera die er schuldig aan is dat ongeveer 6 % van de bevolking overlijdt. 

Let wel, er bestond nog niets wat op een ziektekostenverzekering leek. Ziek zijn betekende: geen inkomsten en was de kostwinner overleden, dan betekende het voor het overgrote deel van de bevolking dat men was aangewezen op liefdadigheid en de bedeling.



In alle West-Europese landen zijn de jaren 1843-’48 jaren van groot gebrek en zware ellende. In 1843 is er een economische crisis; daarna zijn er slechte oogsten. In 1845 en 1846 heerst er aardappelziekte; in 1846 is er een malaria-epidemie en in de winter van 1847 een griepepidemie. In 1847 is er een nieuwe economische crisis en er heerst een enorme werkloosheid.
In 1849 heerst er in Valkenburg weer cholera.


 De tweede helft van de jaren veertig van de negentiende eeuw zijn jaren van diepe armoede en groot gebrek bij de onderste lagen van de bevolking.
En als je het van de "bedeling" moest hebben, was je echt in de aap gelogeerd. De diaconie van de Nederlands Hervormde gemeente heeft over het eerste halfjaar van 1844 een nadelig saldo van ƒ 16,93 en besluit daarom om vier weken lang alle bedeling te staken.  Als je daarbij bedenkt dat diezelfde diaconie een belegd bedrag van ƒ 7600 bezit, kun je wel aanvoelen hoe het met de christelijke naastenliefde was gesteld.  

De meest gevreesde ziekte in de 19e eeuw is de cholera, naast de tering en – vooral in Zeeland – malaria.
De cholera is een ziekte van armoede en gebrek aan hygiëne. Nadat Robert Koch in 1883 de bacil wist aan te tonen die cholera veroorzaakt, is er een vaccin tegen de ziekte gevonden. Belangrijker echter voor de bestrijding van de cholera  zijn: betrouwbaar drinkwater, goede fecaliënafvoer en een behoorlijke persoonlijke hygiëne. In het midden van de negentiende eeuw is er in Valkenburg nog geen sprake van een behoorlijke drinkwatervoorziening en komt het water uit de pompen  uit een grond die door de vele mesthopen sterk vervuild is en een bron van infectie vormen.
De oorzaken van de hoge kindersterfte lag vooral in de slechte voeding, ongezond drink­water, gebrekkige hygiëne en de malaria. 

Het eerste levensjaar was het gevaarlijkst. Uit onwetendheid en armoede kwamen de darmpjes van veel zuigelingen te vroeg in aanraking met papjes die aangemaakt waren van veront­reinigd water of prakjes aardappelen met vette jus.
De kindersterfte in deze periode is enorm. Een derde van de kinderen haalde het eerste levens­jaar niet. Meer dan 40% van de geborenen overleed voor het zesde levensjaar.
Een tweede oorzaak waren de besmettelijke kinderziekten mazelen en pokken.
Werd een van de kinderen ziek, dan werden ze vaak allemaal ziek, want ze sliepen met z'n allen in een bedstee of op een strozak op een onbeschoten zolder, waar de wind vrij spel had. Een longontsteking was dus niet zeldzaam en de dokter had nog geen middelen daar iets tegen te doen.

Herhaalde malen heerste er in deze eeuw een cholera-epidemie. Valkenburg valt de twijfelachtige eer te beurt de eerste gemeente in ons land te zijn waar de ziekte uitbrak. In 1833 stierven er 28 personen aan deze ziekte. Dat lijkt anno 2014 geen enorm aantal, maar het was wel meer dan 6% van de gehele dorpsbevolking. 

http://rijnmuiden.blogspot.nl/2014/06/goeie-ouwe-tijd.html


maandag 7 juli 2014

3. Johannes van der Nagel (1822-1896)

Johannes van der Nagel wordt op 20 december 1822 in Valkenburg geboren, waar hij op 29 december wordt gedoopt. 

Het jaar 1822 was blijkbaar een vruchtbaar jaar, zoals we hierboven in het doopregister van de Hervormde gemeente van Valkenburg kunnen lezen:

                                               In dit jaar zijn gedoopt 26 kinderen, 

                                              15 zonen en 11 dochters.  18 moeders 
                                              hebben hare kinderen ten doop gehouden
                                              en van dit getal kinderen in eén jaar
                                               vind ik geen voorbeeld.

Op een totale bevolking van ca. 450 zielen is dit aantal van 26 kinderen inderdaad wel vermeldenswaardig.

Jan, zoals zijn roepnaam natuurlijk luidt, trouwt op 18 juni 1848 met de 23-jarige Krijna de Wit, geboren 23 augustus 1824 in Valkenburg.
In de trouwakte wordt als beroep van  de vader van de bruidegom "landbouwer" vermeld.

Krijna is de dochter van de overleden Gerrit Gerritszoon de Wit en Adriana van Oosten, winkelierster.
Getuigen van het huwelijk zijn o.a. de beide ouders van Johannes, Jan van der Nagel en Maria van Briemen, alsmede zijn broers Cornelis, 36 jaar oud, en Hendrik, 31 jaar oud.
Johannes tekent zijn huwelijksakte met Johannes (mèt h), hoewel zijn naam op zijn geboorteakte Joannes wordt gespeld.
Uit deze huwelijksakte blijkt ook, dat Johannes zijn plicht voor de Nationale Militie heeft vervuld.





Uit dit huwelijk worden geboren:

Gerrit:          * 11.04.1849     -     † 22.10.1866
Maria:          * 13.09.1851     -     † 16.09.1851
Hendrik:       * 14.07.1853    -      † 27.01.1942

Zoon Hendrik zal de stamvader worden van vrijwel alle Van der Nagels die 150 jaar later in Valkenburg leven.

Sinds 1806 zijn de Van der Nagels blijkbaar tot enige welvaart gekomen, want in 1806 was Jan van der Nagel nog dagloner, terwijl hij in deze huwelijksakte "landbouwer" van beroep is. We zullen ons daarbij niet teveel moeten voorstellen, want van eigen landerijen is nog geen sprake. Vrijwel geheel Valkenburg was eigendom van enkele grote heren, die land verpachtten. Slechts vier bekende Valkenburgse namen vinden we onder de namen van degenen die volgens het kadaster van 1832 landeigenaren waren: van Egmond, Bol, de Wit en Ouwersloot. 
Jan trouwt met Krijna "een goede partij", want de familie De Wit bezit in ieder geval eigen landerijen. Weliswaar kunnen ze zich niet meten met de Vlasvelds en Spierenburg of grote heren uit Den Haag of het Gooi, maar voor Valkenburgse begrippen moeten ze tamelijk welgesteld zijn geweest.

Johannes van der Nagel zal in de tweede helft van de 19e eeuw ook wel tot de welgestelden zijn gerekend, want vanaf 1851 tot aan zijn dood in 1896 zal Johannes regelmatig het ambt van diaken of ouderling bekleden en wordt hij ook in de gemeenteraad van Valkenburg gekozen.
 Krijna de Wit overlijdt reeds op 15 juli 1854, nog geen dertig jaar oud. 



NH-Kerk omstreeks 1915
De kerk waarvan Johannes de bouw meemaakte en hij als ouderling en diaken diende

Bijna 1½ jaar na Krijna's dood trouwt Johannes opnieuw, nu met een nicht van Krijna, de 24-jarige Margaretha, dochter van Jan de Wit en Neeltje Bol.
Margaretha wordt bij haar huwelijk dus direct de stiefmoeder van Gerrit (*1849) en Hendrik (* 1853).
Uit het huwelijk van Johannes en Margaretha wordt op 1 november 1856 een dochter geboren: Adriana Maria († 1948).
Adriana Maria zal in 1879 met Cornelis Bol (1849-1924) trouwen en elf kinderen ter wereld brengen. Eén van die kinderen is weer een Jacob Bol (1880-1971) die oudere Valkenburgers nog wel hebben gekend van de kruidenierswinkel aan de Broekweg.




1. De winkel van Jacob Bol in 1938
2. De winkel van Jacob Bol na de verwoestingen in de meidagen van 1940 
3. De winkel van Jacob Bol aan de Broekweg omstreeks 1950
4. De verbouwde ex-winkel van Jacob Bol in 2014

 Op 2 januari 1860 wordt dochter Neeltje († 1921) geboren en op 17 december 1862 baart Margaretha nog een levenloos kind en sterft zelf in het kraambed.

Nog geen jaar later, namelijk op 23 augustus 1863, treedt Johannes voor de derde maal in het huwelijk. Zijn bruid is de 33-jarige Maria Pinster, zonder beroep, geboren te Albrandswaard en wonende te Oegstgeest. Zij is een dochter van Kornelis Pinster en Maria Knegt, die beiden reeds zijn overleden.

Volgens de trouwakte is Johannes dan nog steeds winkelier en nu tekent onze Jan wel met Joannes (zonder h). Maria tekent de akte niet "verklarende niet te kunnen schrijven, als zulks niet geleerd hebbende."
Getuigen van het huwelijk zijn Cornelis van der Nagel, 51 jaar, landbouwer, broer van de bruidegom, Paulus Cornelis de Wilde, 48 jaar, zwager van Joannes en van beroep pannenwerker, Hendrik Zijderveld, 29 jaar, pannenwerker, neef van de bruidegom en Jan van der Nagel, 26 jaar, ook een neef van de bruidegom.
Maria Pinster wordt met haar huwelijk de stiefmoeder van de 14-jarige Gerrit en de 10-jarige Hendrik uit Jans eerste huwelijk en van de 7-jarige Adriana Maria uit zijn tweede huwelijk.
In 1861 overlijdt Ariaantje van Oosten, de weduwe van de in 1847 overleden Gerrit de Wit en Jans schoonmoeder uit zijn eerste huwelijk met Krijna de Wit.
Door Jan en de kinderen Gerrit en Hendrik wordt een en ander geërfd, want Krijna de Wit was enigst kind van Ariaantje.
In  1863 moeten er successierechten betaald worden voor een huis met erf en 9327 m2 bouwland en in 1864 voor twee huizen met erf en een schuur met erf met een totale oppervlakte van 320 m2.
Gerrit overlijdt drie jaar later op 17-jarige leeftijd en zijn erfdeel gaat naar zijn jongere broer Hendrik.

Ruim anderhalf jaar na de huwelijkssluiting, op 1 mei 1865, krijgen Jan en Maria een zoon: Johannes Cornelis, die echter reeds op 24 juni 1867, twee jaar oud, overlijdt. 



Jans broer Cornelis is inmiddels ook behoorlijk welvarend geworden, want hij koopt in 1864 een partij teelland op de Woerd ter grootte van 11 roeden en 50 ellen voor de prijs van ƒ 232,00

Goed drie jaar later, op 24 november 1870 wordt er weer een zoon geboren, die ook de namen Johannes Cornelis krijgt.



Brand

Op maandag 25 augustus 1873 heerst er een zwaar onweer in het gebied rond Leiden.
In Valkenburg wordt de boerderij van Johannnes van der Nagel door de bliksem getroffen en er breekt brand uit.


In 1892 breekt op verschillende plaatsen mond- en klauwzeer uit. Ook op Valkenburg wordt onder andere bij Johannes van der Nagel de gevreesde ziekte geconstateerd.


Er gelden strenge maatregelen: het besmette vee wordt afgemaakt en de boerderijen worden bewaakt door de politie en militairen om verspreiding van de ziekte te voorkomen.


Leidsch Dagblad, 5 december 1892





Johannes overlijdt onverwacht op 9 november 1896, 's middags om vier uur. Blijkbaar is hij niet meer alleen winkelier, maar is hij ook aan landbouw gaan doen, want zowel in de geboorteakte van Johannes Cornelis als in de overlijdensakte wordt hij landbouwer genoemd. 
Aangifte van het overlijden doen zijn zoon Johannes Cornelis, oud 25 jaar en zijn zoon Hendrik, oud 43 jaar. In de overlijdensakte is het weer Joannes (zonder h).

Maria Pinster overlijdt op 27 februari 1902, eveneens 's middags om vier uur. Ook van dit overlijden wordt aangifte gedaan door Johannes Cornelis en Hendrik. In de overlijdens­akte wordt de 48 jarige Hendrik ook zoon van de overledene genoemd, terwijl hij in werkelijkheid een stiefzoon is.





zondag 6 juli 2014

2. Johannes van der Nagel (1780-1855)

Johannes (Jan), zoon van Cornelis van der Nagel (1722-1795), wordt op 25 juli 1780 in Valkenburg gedoopt, waarbij als getuigen optreden Engelina Christina Oostermans en Johannes van Tricht.
Volgens de dorpsomslag van 1809 is Jan dagloner en als hij in 1812 aangifte doet van de geboorte van zijn oudste zoon, is hij dat nog steeds. Alle Valkenburgse en Katwijkse Van der Nagels kunnen dus wel de illusie laten varen dat ze uit een voornaam geslacht stammen. 


Jan leeft in een rumoerige tijd. Als jongen hoort hij van de Franse revolutie, de onthoofding van Marie Antoinette  in 1793, de verovering van ons land door Pichegru in 1795 en de vlucht van Willem IV naar Engeland.
De Leydse Courant, die ook in Valkenburg gelezen wordt, maakt van deze gebeurtenissen wel melding, maar bij lange na niet zo uitvoerig als in onze tijd zou geschieden.
Voor Nederland is de Franse Tijd aangebroken, die tot 1713 zal duren.



Dat Nederland een stukje van Frankrijk is geworden, blijkt ook uit de geboorteakte van Jans oudste zoon Cornelis, geboren 4 april 1812. Voor de aangifte moet Jan naar Katwijk, want de Fransen hebben de burgerlijke stand ingevoerd  en bepaald dat alle gemeenten tenminste 5000 inwoners moeten tellen. Valkenburg en de beide Katwijken worden samengevoegd en alle akten worden in het Frans opgesteld.

Ook de kerkenraad merkte in 1807 dat de Fransen in het land waren gekomen, want weldra wordt het eerste buitenechtelijke kind van een Franse soldaat gedoopt:

Dat men het niet zo nauw nam met de juiste naam, blijkt wel uit het feit dat men elders de naam van de vader vindt als

Het uitgaans- en vermakelijkheidsleven uit Jans tijd laat zich in het geheel niet met dat van Anno 2014 vergelijken.
Men had nog geen fiets, er was geen radio, televisie, of bioscoop, maar wel bloeide het verenigingsleven en diende Het Wapen van Valkenburg ook als vergaderruimte en praathuis.

Een bloeiende vereniging was ongetwijfeld het Godsdienstig Zanggezelschap Oeffening Leert, dat in die tijd regelmatig een cantate opvoerde.
Om gedrang tegen te gaan, werd de kerk al een uur voor aanvang geopend. We zien hier tevens, dat de Leydse Courant tweetalig werd gedrukt!



Op 8 november 1811 is Jan in Valkenburg getrouwd  met Maria van Briemen uit Katwijk, waar ze op 30 mei 1784 gedoopt is. Vijf maanden later al, namelijk op 4 april 1812 werd het eerste kind geboren en er zouden er nog zeven volgen:

 Naam                          Geb.datum       Geb.plaats       Overl. datum     Overlijdensplaats
           
1. Cornelis             04.04.1812     Valkenburg        29.09.1884   Valkenburg
2. Trijntje Cornelia   06.02.1814    Valkenburg        19.06.1910 Veur ZH
3. Antje 14.08.1815 Valkenburg        28.09.1892 Voorschoten
4. Hendrik 22.01.1817      Valkenburg        07.08.1849 Valkenburg      
5. Cornelia 27.091819 Valkenburg        19.02.1902 Valkenburg      
6. Johannes 20.12.1822       Valkenburg        09.11.1896       Valkenburg
7. Catharina 22.10.1824       Valkenburg        24.05.1856 Valkenburg      
8. Neeltje                     18.04.1828 Valkenburg       14.09.1912 Valkenburg  
        
We mogen aannemen dat Jan de binnenkant van de kroeg in Valkenburg en Katwijk aan de Rijn goed kende, want regelmatig is de kastelein van Het Wapen getuige bij de geboorteaangifte. In 1824 neemt Jan bij de aangifte van Catharina zelfs twee kasteleins mee, die van Valkenburg en die van Katwijk a/d Rijn.
Nu hoeft dat niet te betekenen dat Jan te veel dronk, want heel vaak trad de kastelein of de veldwachter op als getuige.
Uit die geboorte-aangiften uit de negentiende eeuw blijkt ook, dat de kalkfabriek, de steenfabriek en de pannenbakkerij voor de meeste inwoners de voornaamste bron van inkomsten vormden. Zeer regelmatig treden steenwerkers, pannenwerkers en kalkbrandersknechten als getuigen op, maar bijvoorbeeld ook een schulpvletter.

Tot grote welvaart heeft ook Jan het niet gebracht, want in alle akten is hij dagloner of arbeider van beroep.
Op 8 november 1855 is Jan overleden, waarvan door zijn zoon Cornelis (landbouwer) aangifte werd gedaan.
Maria van Briemen overlijdt op 28 juli 1859 in Valkenburg Begr. Afd. 2 Graf 17 Behoort de Gemeente.
De oudste zoon van Jan van der Nagel (1780-1855) is Cornelis (1812- 1884) en hoewel Cornelis altijd op Valkenburg heeft gewoond en hij ook heel wat nazaten heeft achtergelaten, vinden we omstreeks 1985 geen nakomelingen van hem in Valkenburg. Hij trouwde op 23 november 1834 met Jaapje Klok (1808-1838) uit Katwijk.
 De nakomelingen van Cornelis vinden we dan vooral in Katwijk, die we gemakshalve maar de Katwijkse  tak Van der Nagel noemen.

De tweede zoon van Jan is Hendrik, die op 22 januari 1817 in Valkenburg wordt geboren.
Hij trouwt op 8 juli 1847 in Katwijk met Niesje Dorrepaal.
Hendrik sterft al op 7 augustus 1849 in Valkenburg en laat slechts een dochter na: Neeltje, die op 19 maart 1828 in Valkenburg is geboren en op 31 oktober 1872 trouwde met Nicolaas Ouwersloot,  geboren op 22 maart 1849 in Zegwaard.
 Dit paar krijgt drie zonen en een dochter. Wellicht is Neeltje dus voor de Valkenburgse en Rijnsburgse Ouwerslootjes wel interessant.

Voor alle  Valkenburgse Van der Nagels is echter de derde zoon de stamvader: Johannes (1822-1896)


zaterdag 5 juli 2014

1. Cornelis van der Nagel ca. 1725-1795

De eerste Van der Nagel die we in Valkenburg tegenkomen is Cornelis.
Hij komt van Oude Wetering waar hij omstreeks 1725 geboren moet zijn als zoon van 
Jan Hesselszn van der Nagel en Trijntje Cornelia van Tol
Trijntje Cornelia van der Nagel – van Tol  is in 1730 overleden.
Jan Hesselszn van der Nagel stierf in 1732, waarvan zijn broer Evert uit Oudshoorn aangifte deed.
Trijntje Cornelia van der Nagel - van Tol is in 1730 overleden. 

Jan Hesselszn van der Nagel stierf in 1732, waarvan zijn broer Evert uit Oudshoorn aangifte deed. 



Cornelis had in ieder geval nog en broer en een zus: Hendrik, geboren ca. 1720 en Antje, die in 1731 is overleden in Oude Wetering. 


Marktschipper

In 1752 werd de Valkenburgse marktschipper Pieter Borsboom, 60 jaar oud, wegens wangedrag ontslagen en voor altijd uit Valkenburg verbannen.
Baljuw en schepenen van Valkenburg achtten het nodig dat het ambt door een bekwaam persoon zou worden vervuld en hadden het vertrouwen gesteld op de deskundigheid en vigilantie van Cornelis van der Nagel, jongman en wonende te Valkenburg. En zo werd  Cornelis op 22 februari 1752 met instemming van Theodora Veerman, vrouwe van Valkenburg, tot marktschipper benoemd.
Zo'n marktschipper moest wel aan bepaalde eisen voldoen. Op de eerste plaats moest hij een goede schuit hebben met een roef, waarin zijn passagiers droog konden zitten.
Hij  was verplicht vier maal per week, op dinsdag, woensdag, vrijdag en zaterdag, naar en van Leiden te varen.
De vertrektijden waren vastgesteld op 8 uur in de winter en 7 uur in de zomer en hij moest alle vracht als brieven, pakgoederen, wijn, boter, kaas en bier dezelfde dag of avond te bezorgen.
Anderen was het vervoer per schip tussen Leiden en Valkenburg verboden..



Op 7 april 1754 trouwt hij in Valkenburg met Jannetje van der Mark, weduwe van Jacob van der Mouw.
Jannetje heeft dan al vijf kinderen gebaard, waarvan één overleden. Zij is ca. 1706 gedoopt en dus veel ouder dan Cornelis. We kunnen gevoeglijk aannemen dat Cornelis bij Jannetje is ingetrokken en daarmee de stiefvader werd van vier kinderen, die gezien hun leeftijd misschien al wel uit huis waren.
Uit het  huwelijk van Cornelis en Jannetje worden blijkbaar geen kinderen meer geboren.
Jannetje overlijdt in 1774.


Valkenburg omstreeks 1750
In het gaarderegister (1) van Valkenburg lezen we:

1774 - 2 april - 't Lijk van Jannetje van der Mouw, vrouw van Cornelis van der Nagel in de vierde Classe - f 3,00

Uit het feit, dat Jannetje hier Jannetje van der Mouw wordt genoemd i.p.v. van der Mark blijkt wel, dat men niet zo heel precies te werk ging en dat je bij het zoeken naar oude gegevens gemakkelijk op het verkeerde been wordt gezet.
Jacob van der Mouw, Jannetjes eerste man. was blijkbaar niet geheel onbemiddeld want na het overlijden van Jannetje wordt er een huis verkocht:

1774.06. 20  Cornelis van der Nagel en de erfgenamen van Jannetje van der Mark doen veilen een hecht, sterk en wel doortimmert huis en erve aan de Hoge Rijndijk. Belend ten oosten de Straat,(2) ten zuiden de verkopers, ten westen Pieter van Lelyveld en ten noorden de Grote Commandeursteeg.



Op 22 mei 1777 gaat Cornelis in ondertrouw met  Anna van Tricht, dochter van Jan van Tricht en Catharina Oostermans. Anna is  in 1739 in Utrecht geboren. Haar achternaam vinden we ook gespeld als Van Trigt en Van Tright. Op 9 juli 1777 wordt het huwelijk voltrokken.
Anna heeft tenminste één broer en die is kastelein van Het Wapen van Valkenburg.

Uit het huwelijk van Cornelis en Anna worden vier kinderen geboren:

           Trijntje Cornelia      gedoopt    13.12.1778      overleden       april 1804
           Johannes (Jan)            ,,          23.07.1780            ,,              08.11.1855
           Hendrik                        ,,           26.05.1782            ,,             december 1790
           Aaltje                           ,,           06.11.1785            ,,             maart 1862

Het zal in deze familie Van der Nagel geen overdreven vetpot zijn geweest, want tenslotte wordt op 3 april 1795 het lijk van Cornelis van der Nagel, overleden in Valkenburg, aangegeven om te worden begraven. (Pro Deo)
Anna van der Nagel  -van Tricht overlijdt op 9 juli 1817 in Valkenburg.